Terug naar overzicht

Het leven van een moejms

Image

Northern Road

Moejms betekent mama. Ik ben de mama van twee tienerzonen, Kasper (12) en Boris (10). Acht jaar geleden kreeg Kasper de diagnose Burkitt ALL (leukemie). Het liep allemaal goed af. En toch is het leven erna niet meer hetzelfde als het leven ervoor. Over kleine en grote momentjes in dat leven wil ik schrijven.

Northern Road van Intergalactic Lovers. Ik hoorde het liedje voor het eerst toen ik met Kasper naar het UZ Gent reed, 8 jaar geleden, voor een controle tijdens zijn behandeling.

A narrow road leading to nowhere

The four of us in a big old car

The way you driving is making me nervous

The road is long and there’s no way out

There are no brakes and we can’t stop

The only way out is a long way down

It’s a lost road without intersections

High above the cold, cold Northern Sea

Oh, we are, we are driving

We are, we are driving too fast,

Oh, we are, we are driving 

And we will crash

Starting fire, fire when we crash

 

Tranen rolden over mijn wangen toen ik het die eerste keer hoorde en de vele malen erna. Want hoe pijnlijk toepasselijker kan een tekst zijn. Op het moment dat je de diagnose krijgt dat je kind kanker heeft, stap je inderdaad in een auto waar je geen controle over hebt. Je hebt geen idee waar je aan begint. Je hebt geen keuze. Je moet instappen. Je stapt in en je kan niet meer uitstappen. Het gaat veel te snel maar je kan niet uitstappen. En remmen al helemaal niet. En de weg is lang. Verdomme lang. Ondraaglijk lang. En die crash, ja, daarvan hoop je dat hij er nooit zal komen.

Op het moment dat je de diagnose krijgt dat je kind kanker heeft, stap je in een auto waar je geen controle over hebt. Het gaat veel te snel maar je kan niet uitstappen. En de weg is lang. Verdomme lang. En die crash, ja, daarvan hoop je dat hij er nooit zal komen.

Ik legde het liedje dikwijls op. Zo dikwijls dat Kasper, 4 toen, het liedje zelf begon mee te brabbelen en er zelfs naar vroeg. Heerlijke momenten waren het als we het liedje keihard lieten spelen in de living, en meebrulden, met Kasper op de speelgoedgitaar en Boris op de speelgoedtrommel. Mijn muzikanten in spe. Dat was pas alle remmen los!

Af en toe hoor ik het liedje nog eens op de radio. Of zet ik het zelf eens op. Soms roept het verdriet op en moet ik opnieuw wenen. Soms zijn er tranen van dankbaarheid en knijp ik mezelf van geluk dat hij er nog is. Soms denk ik terug aan die momenten dat we daar stonden in de living: Kasper die zijn ziekte eventjes kon vergeten zich volledig gevend op zijn gitaar, Boris zich van geen kwaad bewust en onnozel mee trommelend, en ik mijn verdriet wegduwend door hard mee te roepen en kijkend naar dat magere kwetsbare lijfje op zijn gitaar.

Zoveel jaren later grijpt het liedje nog altijd naar de keel. Ik denk dat het de onmacht is die uit de tekst spreekt die me zo aangrijpt telkens opnieuw. Want hoe ondraaglijk is het om als ouder zo overgeleverd te zijn, jouw kind te zien aftakelen en afzien zonder enige garantie op genezing. Ook Kasper herkent het liedje nog steeds. De precieze betekenis van de tekst heb ik hem nog niet uitgelegd. Die zal hij later wel begrijpen als hij Engels leert.


Gepubliceerd op 3 oktober 2022